Hoofdregel
De rechter in hoger beroep komt eraan te pas.
Deze formuleert als hoofdregel dat de raadsvergoeding in beginsel resultaat uit overige werkzaamheden is, waarop de daarop betrekking hebbende kosten in mindering kunnen worden gebracht.
Uitzondering: opting-in
Het raadslid en de gemeente kunnen er voor kiezen de arbeidsverhouding als een aan de heffing van loonbelasting onderworpen dienstbetrekking aan te merken (opting-in regeling). In dat geval is aftrek van kosten niet toegestaan, ook niet achteraf via de inkomstenbelasting. Voor opting-in is een melding aan de Belastingdienst nodig in de vorm van een gezamenlijke verklaring van raadslid en gemeente, voorafgaand aan de eerste beoogde inhouding van loonbelasting.
Nieuwe periode
Uit de wettelijke regeling vloeit voort dat opting-in slechts geldt voor een aaneengesloten periode van dezelfde arbeidsverhouding. Bij beëindiging van een arbeidsverhouding als raadslid welke na enige maanden wordt gevolgd door een vergelijkbare arbeidsverhouding met dezelfde opdrachtgever, zoals hier aan de orde, ontstaat een nieuwe arbeidsverhouding. De eerder gemaakte keuze loopt dan niet automatisch door. Voor de nieuwe arbeidsverhouding moeten partijen door middel van een gezamenlijke verklaring een nieuwe keuze aan de Belastingdienst kenbaar maken. Dat is niet gebeurd. Het raadslid kan de kosten in aftrek brengen.
Tip: Regels die een uitzondering op een hoofdregel vormen, kennen vaak extra formaliteiten. Als de hoofdregel voor de belastingplichtige gunstiger is, moet de Belastingdienst aantonen dat de uitzondering zich voordoet. Ontbreekt het vereiste formulier, dan blijft de gunstige hoofdregel gelden.