Volgens de werknemer was 100% loondoorbetaling bij ziekte in het bedrijf gebruikelijk. Voor de rechter erkende de werkgever dat, echter uitsluitend voor korte ziekteperiodes. Desgevraagd kon de directeur niet eenduidig aangeven wanneer van kort of lang sprake was. Daarom mocht en mag de werknemer naar het voorlopig oordeel van de kantonrechter er gerechtvaardigd op vertrouwen dat hij recht heeft op 100% loondoorbetaling.
De kantonrechter stelt vervolgens vast dat de werkgever geen dossier met besproken kritiek- en verbeterpunten kan overleggen ter onderbouwing van de stelling dat de werknemer disfunctioneert. Daarom acht de kantonrechter het aannemelijk dat ook de doorbetaling van de maandelijkse prestatiebonus in een bodemprocedure zal worden toegewezen. De werkgever wordt veroordeeld om binnen vijf dagen een forse nabetaling te doen.
Tip: Een werkgever kan niet eenzijdig voorbijgaan aan gemaakte afspraken en aan hetgeen de werknemer mag verwachten op basis van wat gebruikelijk is binnen het bedrijf.